Vragen en antwoorden over permanente opvang van asielzoekers

Als er ergens in een buurt een asielopvang komt, leidt dat vaak tot allerlei vragen. We hebben de meest gestelde vragen met bijbehorende antwoorden verzameld op deze pagina. Staat het antwoord op uw vraag er niet bij? Mail dan naar flexwonen@heemstede.nl

Op deze pagina leest u meer over:

Asielopvang algemeen

Wat is er aan de hand (opvangcrisis)?

  • Zowel de vreemdelingenpolitie, het COA en de IND kampen met grote personeelstekorten. Hierdoor zijn lange wachttijden ontstaan. Asielzoekers moeten nu enkele dagen wachten tot ze bij de vreemdelingenpolitie terecht kunnen. Als ze daar eenmaal zijn geweest, is de wachttijd tot de eerste afspraak met de IND nu ongeveer 1 tot 1,5 jaar. Al die tijd moeten mensen opgevangen worden en wachten
  • Daarnaast is het aantal opvanglocaties van het COA de afgelopen jaren tot een minimum afgeschaald. Ten eerste omdat er tijdens de coronacrisis minder asielzoekers naar Nederland kwamen. Maar ook vanwege het ontbreken van draagvlak. Veel gemeenten hebben opvangcentra en andere tijdelijke locaties gesloten. Hierdoor is er een tekort ontstaan aan opvangplekken
  • Er is woningnood in Nederland. Dat betekent dat er ongeveer 17.000 statushouders (mensen met een verblijfsvergunning) wachten op een woning. Zij wonen nu nog in opvangcentra en houden daardoor de plekken bezet voor de asielzoekers

Al deze problemen samen zorgen ervoor dat er een ernstig tekort is aan opvangplekken. Het kabinet wil deze crisis oplossen door meer geld beschikbaar te stellen voor personeel, (crisis)noodopvang te verlengen bij gemeenten, de huisvesting van statushouders te versnellen en door het invoeren van de Spreidingswet.  

Wat houdt de Spreidingswet in?

De Spreidingswet is op 1 februari ingegaan. Doel van de wet is om voor voldoende asielopvang te zorgen, met een evenwichtige verdeling over het land. Het kabinet heeft ingeschat hoeveel opvangplekken er de komende 2 jaar nodig zijn. Vervolgens hebben ze een verdeling gemaakt door per gemeente te kijken naar het inwoneraantal en de sociaaleconomische score. Door de schattingen van de gemeenten in een provincie op te tellen, zijn ze tot een provinciale opvangopgave gekomen. Voor de gemeente Heemstede is de schatting uitgekomen op 191 opvangplekken voor asielzoekers in 2024, waarvan 16 plekken voor jonge alleenstaande vluchtelingen. Lees meer over wat de Spreidingswet voor Heemstede inhoudt

Vluchtelingen, asielzoekers, statushouders, noodopvang, asielzoekerscentra – wat is wat?

  • Vluchtelingen: mensen die hun eigen land ontvluchten vanwege vervolging, oorlog of geweld, en die bescherming zoeken in een ander land
  • Asielzoekers: mensen die hun eigen land ontvluchten en asiel aanvragen in een ander land. Ze moeten aantonen dat ze vluchten voor vervolging of gevaar en in aanmerking komen voor bescherming onder internationaal recht. Asielzoekers worden tijdens de behandeling van hun asielaanvraag opgevangen in asielzoekerscentra
  • Amv: alleenstaande minderjarige vreemdeling. Een amv'er is bij aankomst in Nederland jonger dan 18 jaar (minderjarig), komt van buiten de Europese Unie (EU), is naar Nederland gekomen zonder ouder(s) of een andere persoon die het gezag over de jongere heeft
  • Statushouders: mensen die een asielverzoek hebben ingediend en een verblijfsvergunning hebben gekregen (‘verblijfsstatus’). Vanaf dat moment hebben ze ook recht op een woning in Nederland
  • Noodopvang: tijdelijke opvang voor asielzoekers, die vaak net zijn aangekomen in Nederland, en wachten op verdere verwerking van hun asielaanvraag. Het COA heeft op dit moment te weinig plekken. Om toch iedereen die in Nederland asiel aanvraagt op te kunnen vangen, zijn extra opvanglocaties nodig; de tijdelijke noodopvang door gemeenten
  • Crisisnoodopvang: een vorm van opvang die bedoeld is voor mensen die op korte termijn en acuut een veilige plek nodig hebben omdat ze zich in een crisissituatie bevinden. Officieel is dit voor de duur van 72 uur
  • Asielzoekerscentra: dit zijn speciale opvangcentra voor asielzoekers, waar ze kunnen verblijven terwijl hun asielverzoek wordt verwerkt

Worden de vluchtelingen gescreend of onderzocht?

Na binnenkomst in Nederland worden alle asielzoekers geïdentificeerd en geregistreerd door de vreemdelingenpolitie en de IND. De Koninklijke Marechaussee onderzoekt eventuele documenten nader. De mensen worden gecontroleerd op tbc en krijgen een medische intake.

Wat is het verschil tussen een asielzoekerscentrum en een aanmeldcentrum (zoals Ter Apel)?

Tijdens de asielprocedure vangt het COA asielzoekers op in verschillende soorten opvanglocaties. De meeste asielzoekers gaan in Nederland eerst naar Ter Apel. Daar melden ze zich bij het aanmeldcentrum van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Daarna verblijven ze in principe 3 tot 10 dagen in een centrale ontvangstlocatie in Ter Apel of Budel. 

Tijdens de algemene asielprocedure verblijven asielzoekers in een procesopvanglocatie. Krijgen ze een verblijfsvergunning? Of gaat de IND hun asielaanvraag verder beoordelen in de verlengde asielprocedure? Dan gaan zij naar een asielzoekerscentrum. Lees meer op de website van het COA

Wat doet de gemeente?

Op 1 februari is vastgesteld hoeveel opvangplekken nodig zijn in Nederland. Deze opvangplekken worden (indicatief) verdeeld over de gemeenten op basis van het inwoneraantal en de sociaaleconomische score van een gemeente. Het optellen van de aantallen van gemeenten leidt tot de provinciale opgave.

Gemeenten bespreken binnen de regio en de provincie hoe zij gezamenlijk die opgave gaan invullen. Zij beslissen onderling welke gemeenten opvang gaan leveren en met hoeveel plekken. Alleen als het gemeenten niet lukt om gezamenlijk de hele provinciale opgave in te vullen, dan kan de staatssecretaris gemeenten aanwijzen, en daarmee verplichten, om asielzoekers op te gaan vangen.

Wat doet het COA?

Het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA) zorgt voor de opvang van asielzoekers in Nederland tijdens de asielprocedure. Het COA biedt onderdak, begeleiding en zorg aan asielzoekers tijdens hun verblijf in Nederland, vanaf het moment dat zij zich melden bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) tot aan het moment dat zij een definitieve verblijfsstatus hebben gekregen of terugkeren naar hun land van herkomst. Het COA zorgt voor opvanglocaties door heel Nederland, zoals asielzoekerscentra, noodopvanglocaties en kleinschalige opvanglocaties. Het COA biedt asielzoekers in de opvang ook voorzieningen zoals maaltijden, medische zorg, juridische ondersteuning en activiteiten gericht op taalverwerving en integratie.

Locatieonderzoek

Nadat een mogelijke opvanglocatie is doorgegeven aan het COA, wordt de locatie onderzocht door het COA. Een locatieonderzoek door het COA bestaat uit verschillende onderdelen om te bepalen of een locatie geschikt is voor de opvang van asielzoekers. Hieronder staan enkele van de belangrijkste aspecten van een locatieonderzoek:

  • Ruimte: De locatie moet voldoende ruimte bieden voor de opvang van asielzoekers. Er moet bijvoorbeeld genoeg ruimte zijn voor slaapkamers, sanitaire voorzieningen, eetruimtes en recreatie
  • Toegankelijkheid: De locatie moet goed bereikbaar zijn voor hulpdiensten en voorzieningen zoals winkels, scholen en openbaar vervoer
  • Veiligheid: De locatie moet veilig zijn voor zowel de asielzoekers als de omgeving. Er moet bijvoorbeeld voldoende toezicht zijn en er mogen geen veiligheidsrisico's zijn
  • Omgevingsfactoren: Er moet rekening gehouden worden met de omgevingsfactoren, zoals geluidsoverlast en milieuvervuiling
  • Beschikbaarheid van voorzieningen: Er moet voldoende toegang zijn tot voorzieningen zoals gezondheidszorg, onderwijs, en openbaar vervoer
  • Maatschappelijke acceptatie: Er moet voldoende draagvlak zijn bij de lokale gemeenschap voor de opvang van asielzoekers op de betreffende locatie
  • Juridische aspecten: Er moet rekening gehouden worden met eventuele juridische beperkingen en vereisten voor de locatie

Het locatieonderzoek door het COA heeft als doel om een geschikte locatie te vinden voor de opvang van asielzoekers die voldoet aan de hierboven genoemde aspecten. Is de locatie geschikt, dan huurt of koopt het COA de locatie om er een asielzoekerscentrum te realiseren en wordt er een overeenkomst gesloten met de gemeente. Lees meer over de rol en taken van het COA bij het openen van een AZC

Wat doet Stichting Nidos?

Stichting Nidos is de instelling die door de overheid is aangewezen om de voogdij uit te voeren voor alleenstaande minderjarige asielzoekers. Dat zijn jongeren onder de achttien jaar, die zonder hun ouders naar Nederland zijn gekomen. Bij het Nidos werken voogden. Zij zijn verantwoordelijk voor de individuele begeleiding van de gevluchte jongeren.

Wat doet het ISK?

De Internationale Schakelklas (ISK) geeft onderwijs aan jongeren tussen 12 en 18 jaar die nog maar kort in Nederland zijn. Het leren van de Nederlandse taal staat centraal in alle lessen. De opleiding duurt ongeveer twee jaar. Na de ISK kunnen jonge vluchtelingen doorstromen naar de middelbare school.

Wat doet het Rijk?

De Rijksoverheid is verantwoordelijk voor het formuleren van het asielbeleid en het toezicht op de uitvoering daarvan. Dit betekent dat de Rijksoverheid onder andere bepaalt wie er wel en niet in aanmerking komen voor asiel en hoe de asielprocedure verloopt.

Asielopvang is de tijdelijke huisvesting van mensen die asiel hebben aangevraagd en wachten op de uitkomst van hun asielprocedure. De Rijksoverheid is verantwoordelijk voor het bieden van voldoende en geschikte opvanglocaties voor deze mensen. Dit gebeurt vaak in samenwerking met gemeenten en andere organisaties die betrokken zijn bij de opvang en integratie van vluchtelingen.

Asielopvang in de regio

Waarom moeten gemeenten nu op zoek naar permanente opvangplekken voor asielzoekers?

Omdat er op dit moment een groot tekort is aan opvanglocaties voor asielzoekers in Nederland.  Het is al meerdere keren voorgekomen dat grote aantallen asielzoekers voor de poorten van het aanmeldcentrum in Ter Apel op een grasveld moesten slapen. 

Alle gemeenten in Nederland hebben nu met de Spreidingswet de plicht om asielzoekers op te vangen. Verdeeld over het land, op basis van het aantal inwoners van de gemeente. Als gemeenten niet zelf met een voorstel komen voor opvanglocaties, kan het Rijk een locatie aanwijzen in die gemeente voor de opvang van asielzoekers. 

Hoeveel asielzoekers moeten gemeenten in de regio Kennemerland opvangen? 

Van de samenwerkende gemeenten in de regio Kennemerland wordt in 2024 verwacht dat zij locaties klaar maken voor de opvang van 3.347 personen. Dit aantal asielzoekers wordt in principe als volgt verdeeld over de gemeenten:

  • Beverwijk: 226
  • Bloemendaal: 169
  • Haarlem: 963
  • Haarlemmermeer: 1.015
  • Heemskerk: 224
  • Heemstede: 191
  • Uitgeest: 88
  • Velsen: 377
  • Zandvoort: 94

In onderling overleg kunnen de aantallen anders worden verdeeld over de gemeenten.

De gemeenten in de regio Kennemerland werken samen bij de opvang van asielzoekers. Hoe doen zij dat? 

Er wordt informatie met elkaar gedeeld en er is regelmatig overleg. Er is een regionaal ambtelijk overleg met vertegenwoordigers van de negen gemeenten. En er is een regionaal bestuurlijk overleg met de betrokken wethouders. Dat overleg fungeert als stuurgroep. Haarlem heeft als centrumgemeente een coördinerende rol en faciliteert de samenwerking. De burgemeester van Haarlem is, als bestuurlijk portefeuillehouder in de regio, voorzitter van het bestuurlijk overleg met de wethouders. Haarlem levert de regionaal programmamanager die ook voorzitter is van het regionaal ambtelijk overleg. 

De Spreidingswet gaat uit van regio’s in de provincie. De 9 gemeenten in de regio Kennemerland hebben bestuurlijk en ambtelijk gelukkig al veel ervaring met samenwerken, onder andere door de covid-periode. Ook voor opvang zoeken de gemeenten elkaar op. Dit zorgt ervoor dat niet iedere gemeente het wiel opnieuw hoeft uit te vinden in de uitvoering en het zorgt er voor dat we als regio grip houden.

Welke opvangplekken zijn er al in de regio?

In de regio zijn een aantal tijdelijke en minder tijdelijke opvangplekken:

  • Het grote cruiseschip in Velsen-Noord 
  • De twee riviercruiseschepen aan de Conradkade in Haarlem
  • Twee hotels in de gemeente Haarlemmermeer
  • De opvang voor amv’ers (alleenstaande minderjarige vluchtelingen) in Driehuis 

Alle gemeenten hebben een eigen opvangtaak, waarom maken de gemeenten in de regio Kennemerland een gezamenlijk plan?

De Spreidingswet gaat uit van regio’s in de provincie. De 9 gemeenten in de regio Kennemerland hebben bestuurlijk en ambtelijk gelukkig al veel ervaring met samenwerken, onder andere door de covid-periode. Ook voor asielopvang zoeken de gemeenten elkaar op. Dit zorgt ervoor dat niet iedere gemeente het wiel opnieuw hoeft uit te vinden in de uitvoering en het zorgt ervoor dat we als regio grip houden. 

Iedere gemeente heeft een eigen opgave en moet zelf geschikte locaties aandragen. Het is voor gemeenten ook mogelijk om elkaar te helpen in het halen van de opgave. Als een gemeente bijvoorbeeld een locatie heeft die groter is dan de opgave vraagt, kan het de opgave van een andere gemeente deels overnemen. 

Wanneer een gemeente echt geen geschikte locatie heeft, kan het Rijk dan nog steeds een locatie aanwijzen?

Wanneer een gemeente geen locatie aandraagt, kan het zijn dat het Rijk zelf op zoek gaat in die gemeente. En wanneer het Rijk wel een geschikte locatie vindt, kan het Rijk een aanwijzing geven en is de gemeente verplicht om mee te werken.

Is er een relatie tussen het aantal asielzoekers dat een gemeente moet opvangen en het aantal statushouders dat gehuisvest moet worden?

Ja, maar het zijn wel 2 aparte opgaven. Asielzoekers die voldoen aan de criteria voor een verblijfsstatus kunnen een verblijfsvergunning krijgen en worden dan beschouwd als statushouders. Dit betekent dat zij mogen blijven in Nederland en in aanmerking komen voor ondersteuning en integratie.

Een van de reguliere taken van de gemeente is om deze statushouders te huisvesten. De overheid heeft namelijk een wettelijke taakstelling opgesteld voor de huisvesting van statushouders. Dit betekent dat elke gemeente jaarlijks een bepaald aantal statushouders moet huisvesten, afhankelijk van de grootte van de gemeente en het aantal inwoners.

Het doel van de taakstelling is om te zorgen voor een evenredige verdeling van statushouders over het land en om te voorkomen dat de huisvesting van statushouders alleen in bepaalde gebieden plaatsvindt. De gemeente werkt samen met woningcorporaties en andere partijen om geschikte huisvesting te vinden voor de statushouders.

Om welke mensen gaat het? En waar komen ze vandaan?

Het gaat om mensen van diverse leeftijden en nationaliteiten, en alleengaanden, volwassenen, kinderen en gezinnen die asiel aanvragen in Nederland. De samenstelling van deze groep verandert doorlopend. Het is daarom niet mogelijk om duidelijke uitspraken te doen over wie er naar onze gemeente zal komen. Het COA spant zich in om tot een evenwichtige samenstelling van bewoners te komen. 

Wie betaalt een opvanglocatie en de opvang? 

Het COA is verantwoordelijk voor de exploitatie van de locaties en daarmee ook voor de kosten. Zij kopen de grond of het gebouw, zij huren het van de gemeente of zij huren het van de eigenaar van de grond of het gebouw.

Wie bepaalt uiteindelijk of een opvanglocatie er komt?

De gemeente, het COA en het Rijk. De gemeenteraad besluit welke locatie(s) in aanmerking komt voor een opvanglocatie. Het COA besluit of de locatie geschikt is of geschikt gemaakt kan worden. Is de locatie geschikt, dan sluit het college van de gemeente een bestuursovereenkomst met het COA. Het Rijk kan een gemeente aanwijzen (verplichten) als deze te weinig opvangplekken regelt.

Omgevingsvergunning

De bouw of verbouwing van een opvanglocatie kan in sommige gevallen vereisen dat er een omgevingsvergunning wordt aangevraagd. Een omgevingsvergunning is een vergunning die nodig is voor bepaalde activiteiten die invloed hebben op de fysieke leefomgeving, zoals het bouwen van een nieuw gebouw of het veranderen van een bestaand gebouw.

Als het COA een geschikte locatie vindt, zal het COA in overleg gaan met de gemeente om te bepalen of er een omgevingsvergunning nodig is voor de bouw of verbouwing van het gebouw. In sommige gevallen kan het COA ook zelf verantwoordelijk zijn voor het aanvragen van de omgevingsvergunning.

Als er een omgevingsvergunning nodig is, moet het COA een aanvraag indienen bij de gemeente. De gemeente beoordeelt de aanvraag en bepaalt of de opvanglocatie voldoet aan de vereisten en regelgeving op het gebied van bijvoorbeeld veiligheid, gezondheid en milieu. Als de aanvraag wordt goedgekeurd, kan het COA beginnen met de bouw van de opvanglocatie. De exacte procedures en vereisten voor een omgevingsvergunning kunnen verschillen per gemeente en per situatie.

Mogen omwonenden meebeslissen over of en waar de opvanglocatie komt? 

Nee. Inwoners kunnen wel betrokken worden bij het ‘hoe’. Denk aan de leefbaarheid en veiligheid rondom de opvanglocatie , zoals onder andere verkeer/(loop)routes, de inrichting van de buitenruimte (bankjes, hagen, fietsenstalling), organisatie van het op te richten centrum, wenselijke communicatie, waar kunnen inwoners terecht met klachten, incidenten, werkgelegenheid en zo verder. 

Asielopvang in Heemstede

Wat zijn de mogelijke opvanglocaties in Heemstede?

De mogelijke opvanglocaties aan de Leidsevaartweg 5-7 en Leidsevaartweg 17-19 zijn komen te vervallen. Op 13 juli heeft de gemeenteraad ingestemd met de opvang van jonge vluchtelingen aan de Heemsteedse Dreef 156. De gemeente zoekt verder naar mogelijke andere huisvestingsplaatsen voor asielzoekers.

Hoe worden (direct) omwonden hierover geïnformeerd?

Als een mogelijke geschikte locatie is gevonden, krijgen (direct-) omwonenden een uitnodiging voor een informatiebijeenkomst. Verder plaatsen we informatie op de website en zetten we de aankondiging van de informatieavond op de gemeentelijke pagina in weekblad de Heemsteder.

Volgens welke criteria worden locaties gekozen? 

Lees de pagina over de criteria opvanglocaties Heemstede

Hoe komen jullie tot een keuze voor mogelijk geschikte locaties?

Er ligt een grote opgave voor gemeentes om verschillende doelgroepen op te vangen, zoals Oekraïners en statushouders. In deze zoektocht hebben wij een lijst met verschillende locaties opgesteld om al deze mensen te kunnen opvangen. Deze is ook gebaseerd op de locaties die door omwonenden zijn aangedragen.

Alleenstaande minderjarige vluchtelingen (amv)

Onderstaande informatie geldt voor alle alleenstaande minderjarige vluchtelingen (amv’ers). Dat zijn 13- tot 14-jarige en 15- tot 18-jarige vluchtelingen. Als er verschillen zijn tussen de beide groepen zijn, dan staat dat in het antwoord vermeld. 

Hoe gaan verschillende jongeren uit de verschillende landen met elkaar om?

De ervaring is dat gemixte groepen jongeren goed werken. Jongeren met een verschillende afkomst, achtergrond, jongens en meisjes. Zij leren zo om te gaan met verschillende culturen en gewoonten en het mixen voorkomt groepsvorming.

Klopt het dat elke jongere een voogd krijgt?

Ja. Elke jonge vluchteling krijgt een voogd via het Nidos. Het COA is verantwoordelijk voor de opvang en dagelijkse begeleiding van de jonge vluchtelingen. Het Nidos is verantwoordelijk voor de individuele begeleiding van de jongeren.

Hoe zit het met de leefruimte die amv’ers krijgen?

Er zijn regels en kaders opgesteld die het COA hanteert. Deze zijn opgesteld door het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Het COA moet hieraan voldoen. Het COA schouwt een locatie vooraf om te beoordelen of dat met de locatie lukt. Het COA heeft geconcludeerd dat er op de Heemsteedse Dreef 20 tot 25 jongeren kunnen wonen.

Hoe komen jullie tot het aantal jongeren dat in één huis komt te wonen? 

Het COA hanteert een programma van eisen. Na de verbouwing zal de woning voldoen aan deze eisen. De jongeren delen een slaapkamer, die zij delen met minimaal een andere jongere. Daarnaast is een gezamenlijke woonruimte van groot belang, waar we veel gebruik van maken. 

Hoe lang blijven de jongeren in een locatie?

Op dit moment blijven jongeren gemiddeld 1 à 2 jaar op dezelfde locatie. Zodra jongeren een status en dus verblijfsvergunning hebben gekregen, wordt het Nidos verantwoordelijk voor hun herhuisvesting.

Wat gebeurt er met jongeren die 15 jaar worden?

Als jongeren 15 jaar worden gaan ze over naar een locatie die geschikt is voor hun leeftijd van 15 tot en met 17 jaar. Dit hangt ook af van hun procedure. Hebben ze een status en dus een verblijfsvergunning gekregen, dan gaan ze over naar het Nidos om voor vervolgopvang te zorgen. Zijn ze nog in procedure dan wordt gekeken welke amv-locatie van het COA geschikt is.

Wat gebeurt er met jongeren die 18 jaar worden?

Nadat de jongeren 18 jaar zijn geworden is het COA verantwoordelijk voor hun herhuisvesting. Ze gaan dan over naar een reguliere opvang voor asielzoekers. Als ze een verblijfsstatus hebben gekregen, dan worden ze gekoppeld aan een gemeente.

Krijgen de jongeren taallessen voor betere integratie?

Ja. Het is belangrijk dat de kinderen naar het (middelbaar) onderwijs gaan. Ze gaan daarvoor naar het de ISK in Haarlem of Hoofddorp. In dit onderwijs staat de Nederlandse taal centraal tijdens alle lessen. Omdat daar soms knelpunten liggen, werken we ook nauw samen met andere gemeenten, schoolbesturen en het COA om de onderwijszekerheid zoveel mogelijk te garanderen.

Op momenten dat er geen onderwijs beschikbaar mocht zijn, worden er andere vormen van dagbesteding georganiseerd, van taallessen tot sporten, van cultuur tot activiteiten op de locatie zelf. Dit verschilt van locatie tot locatie.

Waar komen de jongeren vandaan?

Op dit moment komt de grootste instroom vanuit Syrië en Eritrea. Daarnaast vangt het COA ook jongeren op uit onder andere Jemen, Somalië, Iran, Irak en Afghanistan.

Worden er jongens of meisjes opgevangen op de Heemsteedse Dreef?

Waarschijnlijk wel. Wel blijkt dat kleinschalige woongroepen, zoals de locatie aan de Heemsteedse Dreef, zeer geschikt zijn om zowel jongens als meisjes gezamenlijk op te vangen. Uiteraard delen zij geen slaapkamer.

Moeten de jonge vluchtelingen naar school?

Direct bij binnenkomst in Nederland zijn de jongeren leerplichtig. Dat betekent dat zij net zoals alle jongeren in Nederland naar school moeten. De jongeren worden aangemeld bij een ISK. Dat is een school die speciaal gericht is op jongeren die geen of nauwelijks Nederlands spreken. De Nederlandse taal leren is het hoofddoel. Daarnaast volgen zij ook vakken zoals maatschappijleer, wiskunde en sport. Later stromen ze door naar het regulier onderwijs.

Wat is hun dagbesteding buiten school?

Het dagprogramma bestaat uit 3 delen: school, sport en cultuur. De belangrijkste taak van de medewerkers is om dagbesteding te organiseren voor na schooltijd, in het weekend en in vakanties. Dit kan heel erg uiteenlopen. Dit staat dan in het teken van bepaalde thema’s. Het COA werkt hiervoor samen met andere organisaties. Daarnaast vallen zwemlessen, fietslessen en verkeerslessen in het vaste aanbod van het COA. Het is ook belangrijk dat de jongeren aangeven wat zij zelf graag willen.

Is er altijd begeleiding aanwezig?

Er zijn altijd medewerkers aanwezig in de woning. Het aantal begeleiders dat aanwezig is, is afhankelijk van het programma. Tijdens het opstaan zijn er meer dan als de jongeren op school zitten. In de middag en avond zijn er ook weer meer. Bij kleinschalige woningen zoals de Heemsteedse Dreef werkt het COA vaak met waak- en/of slaapdiensten. Het COA anticipeert op wat wijsheid is, gezien de groep jongeren die er zit en de omstandigheden.

Is er verschil tussen de begeleiding van 13- tot 14-jarigen en 15- tot 18-jarigen?

De begeleiding van 13- tot 14-jarigen ziet er op hoofdlijnen hetzelfde uit als voor de 15- tot 18-jarigen. Het enige verschil is dat de jongere groep intensiever wordt begeleid. De jongere groep is namelijk in een ander stadium van hun ontwikkeling en daar past het COA de begeleiding en de regels waaraan ze zich moeten houden op aan. In het begin gaat bijna alles onder begeleiding. Denk aan begeleid fietsen naar de sportvelden en samen koken. Van een 17-jarige mag je meer zelfstandigheid verwachten dan van een 13-jarige.

Hoe wordt omgegaan met de trauma’s van jongeren?

De jongeren zijn over het algemeen heel veerkrachtig. Maar natuurlijk komt het voor dat jongeren last hebben van trauma-gerelateerde klachten. Het Nidos is verantwoordelijk voor de individuele begeleiding van de jongeren. Ze nemen dit mee in het begeleidingsplan van de jongere. Het COA werkt nauw samen met medische diensten, waarvan de huisarts onderdeel is. Daarnaast probeert het COA laagdrempelig psycho-educatie te geven aan jongeren. Mentale problemen zijn vaak onbekend en dat kan te maken hebben met cultuur. Ze leggen dan uit hoe trauma werkt, hoe je om kan gaan met de klachten en hoe zij als begeleider een rol kunnen spelen. Ze gaan dan samen een traject aan om de klachten te verminderen.

Welke maatregelen hebben jullie om jongeren te begrenzen?

In eerste instantie gaat het COA altijd in gesprek met een jongere. Het gaat om werken met minderjarigen, dus de insteek is altijd pedagogisch. Afhankelijk van de situatie, de omstandigheden en de jongere bepaalt het COA, samen met de voogd van het Nidos, een maatregel voor een jongere. Denk aan een waarschuwing, een gesprek of een leermaatregel. De maatregel is altijd gericht om gedragsverandering bij de jongere te bereiken.

Is er sprake van middelenmisbruik op locatie?

Alcohol en drugs zijn verboden. Het komt ook niet vaak voor. Mocht blijken dat er wel middelen wordt gebruikt, dan wordt er actie ondernomen en handhaven we de wet. In zo’n geval gaat het COA ook extra met de jongere aan de slag. Denk aan reflecteren en sporten. Dit begint allemaal met het bouwen van een relatie, om van daaruit de jongeren beter begrijpen en begeleiden.

Wat zijn de opleidingseisen om te werken met jonge vluchtelingen in een woning zoals deze in Heemstede?

Alle medewerkers hebben een agogische of pedagogische opleiding gevolgd. Daarnaast is een deel van het team SKJ-geregistreerd. We hebben altijd een goede combinatie van mbo- en hbo-medewerkers, zodat ze elkaar kunnen aanvullen en professionele begeleiding kunnen geven. Daarnaast beschikken alle medewerkers ook over ervaring, tools en handvatten om onze jongeren optimaal te kunnen begeleiden.

Is het voor vrouwelijke COA-medewerkers veilig onder de jongeren?

Ja, de jongeren behandelen alle medewerkers met respect, ook de vrouwen. Zoals elke puber wil een jongeren wel eens grenzen op zoeken. Dit begrenzen wij en daarna gaan wij in gesprek over wat gewenst gedrag is en wat in Nederland de norm is.